Periodeaanbod | A Bewegen: |
Periode aanbod: Sint Jan
Onderdeel Beweging
Leergebied |
De kleuters | De kleuterjuf | Verwijzing |
BEWEGING- |
De kinderen doen ervaring op met lopen,stampen,springen,en huppen in de maat van liedjes/kringspelen. Liedjes en kringspelen:
De kinderen ervaren dat ritmes en maat correct uitgevoerd willen zijn.
|
De kleuterjuf speelt samen met de kinderen rij- en kringspelen.
|
57 K-BD1 |
BEWEGING-
|
De oudste en derde jaars kleuters kunnen alleen en zelfstandig de rol op zich nemen van kleine Katrijntje en de moeder of vader van Katrijntje. De oudste en derdejaars kleuters kunnen passende bewegingen maken op het juiste moment. Ook kunnen zij d.m.v. mimiek verdriet of blijdschap uitbeelden. Liedje:
|
De kleuterjuf zingt samen met de kinderen een liedje en zij beeldt daarbij bewegingen en stemmingen uit. De kinderen zullen vanuit de nabootsing dezelfde bewegingen maken. Later worden vooral de oudste kleuters uitgenodigd om dit liedje als toneelstukje te spelen. Het spel wordt in deze periode regelmatig herhaald zodat de kinderen die het in eerste instantie nog spannend vinden, op een later moment kunnen instappen. De kleuterjuf bespreekt met de kinderen hoe je aan het gezicht en aan de bewegingen kunt zien dat het meisje verdrietig is en hoe je kunt zien dat ze weer blij is. |
34 54 K-BT1 K-BS4
|
|
De jongste kleuters spelen mee in de kring. Zij nemen waar hoe de oudste en derdejaars kleuters een rol kunnen spelen. Sommige jongste kleuters die dat willen, doen ervaring op met het spelen van een rol. De oudste en derdejaars kleuters kunnen passende bewegingen maken op het juiste moment. Ook kunnen zij d.m.v. mimiek verdriet of blijdschap uitbeelden. |
De kleuterjuf speelt een ochtendspel in liedvorm van Roodkapje. Zij heeft de week ervoor het sprookje van Roodkapje al een aantal keren verteld, zodat de kinderen het verloop van het sprookje goed in zich op hebben kunnen nemen. Kringspelletje:
Verkleedkleren:
|
54 K-BT1 K-BT3 |
Vervolg: |
De jongste kleuters spelen mee in de kring. Zij nemen waar hoe de oudste en derdejaars kleuters een rol kunnen spelen. Sommige jongste kleuters doen ervaring op met het spelen van een rol. De oudste en derde jaars kleuters kunnen alleen en zelfstandig de rol op zich nemen van koningsdochter of prins. De kinderen begrijpen bij welke rollen bepaalde kledingstukken passen. |
De kleuterjuf speelt met de kinderen een kringspel. Kringspel:
|
54 K-BT1 K-BT3 |
BEWEGING-
|
De kinderen kunnen de tekst van een opzegversje reciteren en de daarbij behorende bewegingen maken.
De kinderen kunnen ook variëren in zacht/ hard |
De kleuterjuf herhaalt dagelijks een zelfde opzegversje en maakt de bijbehorende bewegingen. Zij varieert in toonhoogte, snelheid, rust enz. als dit in het versje passend is. Hiermee wil zij de kinderen op een speelse en natuurlijke manier meenemen in de “wereld” van klank, toon en sfeer d.m.v. de manier van spreken. |
54 K-SB1
|
BEWEGING- |
De jongste kleuters doen ervaring op met het nabootsen van de euritmiejuf. De oudste en derde jaars kleuters kunnen onder leiding van de euritmie juf vaardigheden uitvoeren. Euritmische vaardigheden:
|
De euritmie juf nodigt de kinderen uit, om aan de hand van het verhaaltje van de “Woudreus en de kaboutertjes” verschillende vaardigheden te oefenen. Zij heeft in dit spel extra aandacht voor de volgende vaardigheden:
|
54 57 K-BE1 K-BE4 K-BE6 |
BEWEGING-
|
De jongste kleuters doen ervaring op met springen over het grote touw. De oudste en derdejaars kleuters kunnen 10 keer achter elkaar touwtjespringen in de bocht van het grote touw. |
De kleuterjuf nodigt de kleuters uit om tijdens het buitenspelen deel te nemen aan het touwtje springen. Liedjes
Liedje bij het springen over de vlammetjes:
|
57 k-BG4 |
Vervolg: |
De jongste, oudste en derdejaars kleuters kunnen ergens vanaf springen en op hun voeten landen. |
De kleuterjuf nodigt de kinderen uit om van hun stoel op de grond te springen. Zij doet dat tijdens de kring bij het zingen van het ochtendliedje: “Stralend stijgt de zon omhoog”. Als het liedje uit is mogen de kinderen één voor één als een zonnestraaltje uit de hemel naar de aarde komen. De kleuterjuf heeft er aandacht voor dat de kinderen op beide voeten landen en zacht neerkomen. |
57 K-GB1 |