Google
Stuur een mail naar de Begeleidingsdienst voor Vrijescholen: P. van Meurs
                                                                  
taalbeschouwing halfrijm

 

 

Vorm en klank van taal: Klas 1 halfrijm; woordvorming : samengestelde woorden)

Woorden die bij elkaar passen
Juf leest voor over een dichter:

Juf:

"Wat is een dichter?

Emil:

Die schrijft verhalen.

Juf:

Wat voor verhalen?

Emil:

Weet ik niet¼eh..dat je de woorden aan elkaar maakt.

Jacob:

O, die schrijft gedichten. Dichter, gedicht, gedachten.

Emil:

Hé, die schrijft dus gedachten."

Emil legt het verband ter plekke.

In de klas ontspint zich een gesprek over woorden die mooi zijn en goed bij elkaar passen. Dat ze soms een beetje hetzelfde kunnen klinken, zoals bij dichter en gedachten. Maar dat ze ook kunnen rijmen, of gewoon mooi bij elkaar passen omdat degene die het schrijft dat vindt. De juf laat de kinderen twee woorden bedenken die zij mooi bij elkaar vinden passen. Sommige kinderen kiezen op klank, anderen op inhoud en weer anderen op geheimzinnige andere gronden. Een enkeling zegt erbij waarom.
Adelien: "Adelaar en maan want mijn naam begint ook met een A. Ik wou eerst zon,
want daar vliegt hij in, maar maan klinkt beter."