- visuele discriminatie: kunnen een verschil zien tussen letters en woorden
- visuele analyse: kunnen letters in een woord herkennen
- visuele synthese: kunnen losse letters samenvoegen tot een woord
- spatieel ordenen: kunnen de volgorde van letters onthouden
auditieve vaardigheden
- auditieve discriminatie: kunnen een verschil horen tussen klanken en woorden
- auditieve analyse: kunnen een woord in klanken splitsen
- auditieve synthese: kunnen losse klanken samenvoegen tot een woord
- temporeel ordenen: kunnen de volgorde van klanken onthouden
Uit de tussendoelen beginnende geletterdheid
- Kinderen kunnen aan de hand van de omslag van het boek al enigszins voorspellen
- Kinderen begrijpen de taal van voorleesboeken. Ze zijn in staat om conclusies te trekken naar aanleiding van een voorgelezen verhaal. Halverwege kunnen ze voorspellingen doen over het verdere verloop van het verhaal.
- Kinderen weten dat de meeste verhalen zijn opgebouwd uit een situatieschets en een episode. Een situatieschets geeft informatie over de hoofdpersonen, de plaats en de tijd van handeling. In een episode doet zich een bepaald probleem voor, dat vervolgens wordt opgelost.
- Kinderen kunnen een voorgelezen verhaal navertellen
- Kinderen kunnen woorden in zinnen onderscheiden
- Kinderen kunnen woorden in klankgroepen verdelen, zoals bij kin-der-wa-gen
- Kinderen kunnen rijmen
- Kinderen kunnen beginrijm toepassen (Kees en Kim beginnen allebei met een K)
- Kinderen kunnen door de klank-tekenkoppeling woorden die ze nog niet eerder hebben gezien lezen
- Kinderen kennen de meeste letters; ze kunnen de letters fonetisch benoemen
- Kinderen kunnen klankzuivere (km -, mk-, mkm-) woorden ontsleutelen zonder eerst de afzonderlijke letters te verklanken
- Kinderen lezen klankzuivere woorden (van het type mmkm, mkmm en mmkmm)
- Kinderen lezen korte woorden met afwijkende spellingpatronen en meerlettergrepige woorden
- Kinderen herkennen woorden steeds meer automatisch
- Kinderen begrijpen eenvoudige verhalende en informatieve teksten
- Kinderen gebruiken geschreven taal als een communicatiemiddel
- Kinderen lezen zelfstandig prentenboeken en andermans teksten
- Streefniveau AVI start-M3
Zie ook overzicht klas 1, want indien nodig zullen veel doelen nogmaals aan bod kunnen komen
- Kinderen maken gebruik van een breed scala van woord identificatietechnieken.
- Kinderen herkennen woorden steeds meer automatisch
- Beheersen doelen zoals op schoolniveau vastgesteld:
- Streefniveau AVI tussen M3-E3 (oude AVI 2) en aan het eind van het jaar E3-M4 (oude AVI 3, of per halfjaar minimaal 1 niveau vooruitgang ten opzichte van vorige keer)
- Drieminuten toets niveau A en B
Begrijpend lezen en schrijven
- Kinderen tonen belangstelling voor verhalende en informatieve teksten en boeken en zijn ook gemotiveerd om zelfstandig te lezen.
- Kinderen begrijpen eenvoudige verhalende en informatieve teksten.
- Kinderen gebruiken geschreven taal als een communicatiemiddel.
Lezen van fictionele teksten
- kunnen teksten met een eenvoudige structuur lezen
Lezen van informatieve teksten
- kunnen bordteksten, opschriften en eenvoudige beschrijvingen lezen
Leespromotie
- doen actief mee aan de Kinderboekenweek
Technisch lezen
- beheersen doelen zoals op schoolniveau vastgesteld:
- streefniveau AVI tussen M4-E5, (oude AVI 4-6, of per halfjaar minimaal 1 niveau vooruitgang ten opzichte van vorige keer)
- drieminuten toets niveau A en B
- kunnen voorlezen aan de kleuters
Begrijpend lezen
- gebruiken diverse begrijpend leesstrategieën
- kennen diverse tekstsoorten
Lezen van fictionele teksten
- kunnen teksten met een eenvoudige structuur lezen
- kunnen verschillende genres lezen (raamvertelling, legende, parabel, sprookje) en kan daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen het leesdoel bepalen
Lezen van informatieve teksten
- kunnen bordteksten, opschriften en eenvoudige beschrijvingen lezen
- kunnen eenvoudige naslagwerken lezen en daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen eenvoudige informatieve teksten lezen en daarbij diverse leesstrategieën hanteren
Leespromotie
- Doen actief mee aan de Kinderboekenweek
- kunnen een boeken top vijf (of 10) van de meest favoriete boeken samenstellen
Technisch lezen
- beheersen doelen zoals op schoolniveau vastgesteld:
- streefniveau eind klas 4 AVI E6 (oude AVI 9, of per halfjaar minimaal 1 niveau vooruitgang ten opzichte van vorige keer)
- drieminuten toets niveau A en B
- kunnen voordrachtslezen voor groot publiek
- hebben einde van het jaar eindniveau technisch lezen AVI bereikt
Begrijpend lezen
- gebruiken diverse begrijpend leesstrategieën
- kennen diverse tekstsoorten
Lezen van fictionele teksten
- kunnen teksten met een eenvoudige structuur lezen
- kunnen verschillende genres lezen (raamvertelling, legende, parabel, sprookje) en kan daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen het leesdoel bepalen
- kunnen verhalen lezen in ik-perspectief en tijdsperspectief en kunnen die teksten herkennen op basis van titel, inhoud e.d.
Lezen van informatieve teksten
- kunnen bordteksten, opschriften en eenvoudige beschrijvingen lezen
- kunnen eenvoudige naslagwerken lezen en daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen eenvoudige informatieve teksten lezen en daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen zaakvakteksten, samenvatting, gebruiksaanwijzingen e.d. lezen en daarbij de juiste leesstrategie kiezen
Leespromotie
- Doen actief mee aan de kinderboekenweek
- kunnen een boeken top 10 van de meest favoriete boeken samenstellen
- houden een leeslogboek bij
- kunnen een kort boekverslag maken
oud 4
Technisch lezen
- beheersen doelen zoals op schoolniveau vastgesteld:
- streefniveau AVI M7- E7- plus ( Oud Avi 9-of per halfjaar minimaal 1 niveau vooruitgang ten opzichte van vorige keer)
- kunnen voordrachtslezen voor groot publiek
- hebben eindniveau technisch lezen AVI plus bereikt
Begrijpend lezen
- gebruiken diverse begrijpend leesstrategieën
- kennen diverse tekstsoorten
Lezen van fictionele teksten
- kunnen verschillende genres lezen en kan daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen het leesdoel bepalen
- kunnen verhalen lezen in ik-perspectief en tijdsperspectief en kan die teksten herkennen op basis van titel, inhoud e.d.
- kunnen teksten met niet chronologisch tijdsverloop lezen en daarbij de leesstrategie bepalen
Lezen van informatieve teksten
- kunnen eenvoudige naslagwerken lezen en daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen eenvoudige informatieve teksten lezen en daarbij diverse leesstrategieën hanteren
- kunnen zaakvakteksten, samenvatting, gebruiksaanwijzingen e.d. lezen en daarbij de juiste leesstrategie kiezen
- kunnen teksten met achtergrondinformatie + internet raadplegen en daarbij de juiste leesstrategie bepalen
Leespromotie
- houden een leeslogboek bij
- kunnen een kort boekverslag maken
- kunnen deelnemen aan kinderjury of een dergelijk initiatief
Technisch lezen
- kunnen voordrachtslezen voor groot publiek
- hebben eindniveau technisch lezen AVI bereikt
-
Begrijpend lezen
- gebruiken diverse begrijpend leesstrategieën
- kennen diverse tekstsoorten
Lezen van fictionele teksten
- kunnen verhalen lezen in ik-perspectief en tijdsperspectief en kunnen die teksten herkennen op basis van titel, inhoud e.d.
- kunnen teksten met niet chronologisch tijdsverloop lezen en daarbij de leesstrategie bepalen
- kunnen teksten met wisselend vertellers perspectief lezen en zelfstandig teksten kiezen rondom een thema
Lezen van informatieve teksten
- kunnen zaakvakteksten, samenvatting, gebruiksaanwijzingen e.d. lezen en daarbij de juiste leesstrategie kiezen
- kunnen teksten met achtergrondinformatie + internet raadplegen en daarbij de juiste leesstrategie bepalen
- kunnen studieteksten zoals in een encyclopedie zelfstandig verwerken
- kunnen geschikte teksten vinden
Leespromotie
- houden een leeslogboek bij
- kunnen een boekverslag maken
- kunnen deelnemen aan kinderjury of een dergelijk initiatief
- kunnen favoriete schrijvers en genres aangeven
- zijn actief bij leesactiviteiten die buiten het normale lesprogramma vallen (schrijvers op school)